© MoreProfit 2024
Werkwijze MoreProfit
Tijdens onze levensloop ontwikkelen we allemaal een set eigenschappen die ons gedrag en functioneren bepalen. Wat echter opvalt, is dat niemand perfect is – of beter gezegd, niemand past volledig in zijn of haar functie. Maar wat betekent dat eigenlijk? MoreProfit maakt selectie en ontwikkeling inzichtelijk en objectief door de feitelijk gemeten eigenschappen en gedragingen van een functionaris als ‘waarde’ af te zetten tegen het gewenste gedrag binnen de organisatie, de ‘normen’, zoals competenties, organisatiemodellen en de verschillende rollen die bij een functie horen. Deze aanpak biedt een helder overzicht van waar de functionaris op de functie aansluit en waar ontwikkelpunten liggen. Het resultaat is een transparant proces dat zowel de selectie van nieuwe medewerkers als het groeipad van bestaande functionarissen ondersteunt.
1. Waarde
De waarde van een functionaris wordt bepaald door het meten van eigenschappen en gedragingen met gevalideerde gedragsmodellen. Gedrag komt voort uit de ontwikkeling van iemands eigenschappen gedurende diens levensloop. Hierdoor geeft de waarde inzicht in hoe de functionaris zich in verschillende situaties en rollen gedraagt, welke sterke punten aanwezig zijn en waar mogelijke aandachtspunten liggen. De waarde voorspelt dus wat een functionaris daadwerkelijk in de praktijk laat zien.
2. Norm
De norm beschrijft het gewenste competente gedrag dat past bij de werkomgeving en de specifieke functie-eisen van de organisatie, weergegeven in competenties, beleid en organisatiemodellen die worden gehanteerd. Hoewel iedereen dezelfde basiseigenschappen bezit, verschilt het gewenste gedrag per functie, rol en context. Zo kan in een verkoopfunctie de nadruk liggen op sociale vaardigheden en flexibiliteit, terwijl in een administratieve functie juist correctheid en nauwkeurigheid belangrijker zijn. De normering maakt duidelijk welke gedragskenmerken in een bepaalde rol het meest gewenst zijn.
3. Vergelijken
Wanneer voor de waarde en de norm dezelfde uitgangspunten worden gehanteerd, ontstaat er de mogelijkheid tot een objectieve vergelijking. Dit biedt inzicht in de mate waarin de functionaris aansluit op de functievereisten en maakt het mogelijk om eventuele ontwikkelpunten concreet in kaart te brengen.
4. Competentie
Competentie betekent dat je gedrag vertoont dat in dienst staat van de organisatie als geheel. Het draait om het vermogen om effectief en efficiënt te communiceren en te handelen. Competent gedrag ontstaat daar waar de waarde en norm in overeenstemming zijn. Dit vormt de basis voor een succesvolle aansluiting bij de organisatie en het vervullen van de functievereisten.
5. Voorbeeld
Een voorbeeld van het verschil tussen waarde en norm: de eigenschap ‘punctualiteit’ kan zowel bij een boekhouder als een verkoper voorkomen, maar de weging hiervan verschilt per functie. Voor een boekhouder is een hoge mate van punctualiteit essentieel, terwijl voor een verkoper flexibiliteit en sociale vaardigheden zwaarder wegen. Een ander voorbeeld is de eigenschap ‘leiderschap’, die bij een leidinggevende sterker ontwikkeld moet zijn dan bij een teamgerichte medewerker. Op deze manier wordt het gedrag van de functionaris geëvalueerd ten opzichte van de norm, zodat een compleet beeld ontstaat van de mate waarin de functionaris aansluit bij de functievereisten.
6. Inzicht in leren en ontwikkelen
Deze aanpak maakt leren en ontwikkelen objectief en concreet. Wanneer de waarde van een functionaris niet volledig in overeenstemming is met de norm, ontstaat een gerichte leer- en ontwikkelvraag. Dit helpt om vast te stellen welke eigenschappen verder ontwikkeld moeten worden om optimaal te functioneren in de rol. Zo kan de functionaris doelgericht worden begeleid en gecoacht, wat bijdraagt aan persoonlijke groei en een betere aansluiting bij de organisatie.
Visualisatie 1: Waarde en Norm in een Tabel
Deze tabel laat zien hoe de waarde van de functionaris (gemeten gedrag) zich verhoudt tot de norm (gewenst gedrag) voor verschillende functies:
Visualisatie 2: Grafiek – Waarde versus Norm (Radardiagram)
Een radardiagram kan helpen om de gemeten eigenschappen van een functionaris (waarde) te visualiseren tegenover de functievereisten (norm). Dit geeft een visueel inzicht in eventuele verschillen:
- Assen voor eigenschappen zoals punctualiteit, sociaal gedrag, onafhankelijkheid, etc.
- De waarde (gemeten gedrag) en norm (gewenst gedrag) worden uitgezet als twee verschillende lijnen.
Visualisatie 3: Procesdiagram – Assessmenttraject
Een procesdiagram kan het traject van waardebepaling tot ontwikkelingsadvies stap voor stap illustreren:
- Waarde Bepalen
- Uitvoeren van gedragsanalysetest.
- Analyse van feitelijke eigenschappen en gedragingen.
- Norm Bepalen
- Beschrijving van het gewenste gedrag.
- Vaststellen van functie-specifieke normen/competenties.
- Vergelijking en Weegpunten
- Vergelijking tussen waarde en norm.
- Bepaling van weging per eigenschap.
- Inzicht in Leren en Ontwikkelen
- Identificeren van leer- en ontwikkelpunten.
- Opstellen van een ontwikkelplan voor de functionaris.
Tot slot
Door het inzichtelijk maken van zowel de waarde als de norm, biedt MoreProfit een objectieve basis voor selectie, ontwikkeling en duurzame inzetbaarheid. Het resultaat is een effectieve match tussen medewerker en organisatie, waarbij het leren en ontwikkelen wordt gestimuleerd om de competenties van de functionaris af te stemmen op de eisen van de functie. Zo bevordert MoreProfit een succesvolle samenwerking waarin zowel de functionaris als de organisatie kan groeien.